Van Rainbow Collection naar NEWKINDS
De duurzaamheidsnormen ontwikkelen zich snel. Met de introductie van de ECGT-richtlijn verandert de manier waarop bedrijven worden beoordeeld op hun impact – waaronder de B Corp-certificering.
Om beter te begrijpen wat dit in de praktijk betekent, spraken we met Lisette van der Linde, advocaat Klimaat & Duurzaamheid, en Sjoerd Lopik, partner Regulatory & Enforcement bij De Roos. Samen deelden zij hun perspectief op hoe de nieuwe ECGT-regelgeving het B Corp-landschap verandert. Hieronder vind je de belangrijkste inzichten uit het gesprek – lees het volledige interview hieronder.
De Empowering Consumers for the Green Transition-richtlijn (ECGT) is door de Europese Unie ingevoerd om greenwashing tegen te gaan en ervoor te zorgen dat duurzaamheidsclaims betrouwbaar en controleerbaar zijn. In de praktijk betekent dit dat bedrijven niet langer mogen vertrouwen op vage uitspraken over hun duurzaamheidsinspanningen zonder solide onderbouwing.
Door strengere regels en certificeringsvereisten in te voeren, helpt de ECGT om duidelijkheid te brengen op de markt en ervoor te zorgen dat duurzaamheidslabels echte waarde hebben voor zowel consumenten als bedrijven.
Een belangrijk uitgangspunt van de ECGT is dat zelfverklaarde labels niet langer zijn toegestaan. De Europese Unie beschouwt dit als essentieel, omdat de markt overspoeld is geraakt met ondoorzichtige en soms onbetrouwbare duurzaamheidslabels, waarvan er veel zelf zijn gecreëerd, geen onafhankelijk toezicht hebben of inconsistente criteria hanteren.
Voor bedrijven brengt de ECGT enkele materiële veranderingen met zich mee. Elk bedrijf dat duurzaamheidsclaims of labels gebruikt – waaronder certificeringen zoals B Corp en Fair Trade – zal zorgvuldig moeten beoordelen of er aan de regels wordt voldaan. Het niet naleven hiervan brengt niet alleen een risico op handhaving met zich mee, maar ook reputatieschade.
De ECGT introduceert een algemene regel voor alle duurzaamheidslabels, die stelt dat de eigenaar van het duurzaamheidsstelsel (in dit geval B Lab) niet ook de partij mag zijn die beslist over de accreditatie. De zorg is dat wanneer één en dezelfde organisatie een label beheert, certificering verstrekt en naleving controleert, er mogelijk tegenstrijdige belangen ontstaan.
Hoewel B Corp bekendstaat als een geloofwaardige en betrouwbare certificering, past de ECGT één uniforme standaard toe. B Corp zal, net als andere certificeringssystemen, zijn model moeten aanpassen om aan deze eis te voldoen.
B Corp heeft gecommuniceerd dat de certificeringsregeling V2.1 zal worden aangepast zodat deze in overeenstemming is met de ECGT. Dit betekent onder meer dat de naleving van V2.1 zal worden geverifieerd door een onafhankelijke derde partij. De certificeringsregeling V1.6 zal daarentegen waarschijnlijk niet worden geüpdatet.
Als gevolg hiervan mogen B Corp-logo’s die gebaseerd zijn op V1.6 na de inwerkingtreding van de ECGT in september 2026 waarschijnlijk niet meer worden weergegeven in consumentencommunicatie (zoals op verpakkingen of websites). Daarom is er voor consumentgerichte B Corps een duidelijk voordeel om tijdig over te stappen naar V2.1.
Het toezicht onder de ECGT vindt plaats op het niveau van de lidstaten. Nationale consumentenautoriteiten (in Nederland: de Autoriteit Consument & Markt – ACM) zijn verantwoordelijk voor monitoring en handhaving. De ACM kan misleidende duurzaamheidsclaims onderzoeken, onderbouwing en documentatie opvragen, en boetes of corrigerende maatregelen opleggen.
De ACM kan zeer aanzienlijke boetes opleggen bij niet-naleving. Derden kunnen de ACM ook verzoeken om handhaving als zij overtredingen van de ECGT constateren. De ACM staat erom bekend actief te zijn op het gebied van greenwashing. Daarnaast zorgt handhaving rondom greenwashing vaak voor mediabelangstelling, wat ernstige gevolgen kan hebben voor de reputatie van een bedrijf.
Formeel gezien kent de ECGT geen overgangsperiode. Dit betekent dat zodra de ECGT in de nationale wetgeving is opgenomen (vanaf september 2026), bedrijven die blijven werken onder B Corp V1.6 zonder onafhankelijke verificatie, risico lopen op sancties als zij hun certificering gebruiken in communicatie richting consumenten. Dit geldt ook voor het gebruik op verpakkingen, sociale media of websites.
Wij adviseren elk bedrijf om vóór september 2026 het volgende te doen:
Indien naleving vóór september 2026 niet haalbaar is, kan het verstandig zijn om proactief contact op te nemen met de ACM met een duidelijke uitleg van de situatie van het bedrijf en een concreet complianceplan, inclusief ambitieuze maar realistische tijdlijnen. Dit laat aan de ACM zien dat het bedrijf te goeder trouw handelt en zich inzet om zo snel mogelijk aan de eisen te voldoen. In andere gevallen, waarin niet aan de wettelijke vereisten kan worden voldaan, kan het geschikter zijn om de duurzaamheidslabels tijdelijk te verwijderen uit verpakkingen en andere communicatiemiddelen.